dinsdag 7 oktober 2003

DAN MAAR GELIJK WINTER

Mijn nieuwe boek speelt voor een groot gedeelte tijdens een kwakkelende winter. Zo'n winter met net te weinig vorst. Zo'n winter waarvan je van te voren weet dat het geen Elfstedentocht gaat brengen. Niet dat ik hang aan een Elfstedentocht. De Elfstedentocht is als evenement overgewaardeerd. Schaatsen is een sport voor mensen die niet sporen. Voor mensen die dood moeten. Voor mensen die vroeger geen rollerskates hadden.

Ondertussen waait het hier. En regent het. Diezelfde regen en wind trotseerde ik net, toen ik mijn hond Yuka uit liet. Zij figureerde in een van mijn prachtcolumns die ik schreef voor het verder heel slechte blad Folia. "Folia," zegt u, "nooit van gehoord." Dat is goed. Dat betekent dat u niet studeert aan het Open Gesticht UvA.

Voor Revianen zijn het overigens moeilijke tijden. Terwijl Mulisch glorieus op elk moment kan doodvallen, teert ergens in Belgiƫ de overgebleven schaduw van de Grootste Schrijver Van Nederland weg. Naast het bed rolt een morsige man een shagje en trekt dan nog maar een flesje open.

N.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten