'Je moet meer schrijven op die site van je,' zei de receptioniste. Dat was waar ook: ik moet hier meer schrijven, want volgens de bezoekersaantallen blijven jullie hier gewoon dagelijks komen om te kijken of er iets nieuws staat. Het zou inhumaan zijn als ik dan nooit iets schreef. Toch was ik niet meteen overtuigd, want ja, Niels en ik zouden hier meer gaan schrijven, en het zou weer worden zoals vroeger (ook al dacht ik diep vanbinnen: het wordt nooit meer als vroeger, hoor je me!), en het zou weer leuk & hip & stoer & ter zake doend worden, en we zouden iedereen weer onze meningen, onze voorkeuren én onze wil opleggen, maar eerst moest er nog van alles gebeuren:
1. Niels moest een internetaansluiting voor thuis regelen, opdat hij daar weer stukkies kon schrijven.
2. Niels zou contact opnemen met Kor, de html-tovenaar die onze site van een geheel nieuw uiterlijk zou voorzien, want dat uiterlijk zoals het nu is, dat deugt niet. (Onder aan de pagina verdwijnt bijvoorbeeld altijd een stuk tekst, om nog maar te zwijgen van die afschuwelijke pop-ups.)
3. Kor zou zeggen: hier hebben jullie dat geheel nieuwe uiterlijk, pak aan, en wij zouden hem op handen dragen.
Intussen was het 20 mei (nu ja, toen de receptioniste me zei dat ik eens wat meer moest schrijven, was het pas de 15de, maar inmiddels zijn we 4 dagen verder en staat de tijd op deze site nog altijd stil) en er veranderde helemaal niets. Ja, Niels mailde me maandag dat hij die avond nog een stukkie zou schrijven, dat dan zeker woensdag op de site zou staan, en alles zou goed komen. (Misschien moest ik me ook eens afvragen of de inspanningen van Niels en Kor werkelijk zo veel invloed zouden hebben op mijn schrijfenthousiasme. Maar dat kon later altijd nog.)
Ik vroeg de receptioniste welk onderwerp ze dan wel in gedachten had. Als zij me een onderwerp verschafte, zou ik er wel iets over schrijven. Maar die suggestie lachte ze weg. 'Ik heb het al druk genoeg met onderwerpen voor mezelf bedenken,' zei ze. En ik dacht: ik maak zelden iets mee. Ik had dan wel een snooker-WK gekeken met mijn zoon op schoot, ik had me in de Amsterdamse metro begeven zonder een kogelwerend vest te dragen en ik was een keer, zoals iemand me schreef, uiterst erudiet aan het doen in NOVA terwijl ik met een glas wijn zwaaide, maar iets meemaken om hier dan wat spitsvondigs over te kunnen schrijven, ho maar.
Later die dag trok de receptioniste een nieuwe jas aan. Die was een beetje groenig. 'Ken je mijn rode jas?' vroeg ze. Die kende ik wel. 'Welnu, eerst werd ik bespot om mijn rode jas, en tegenwoordig word ik bespot om mijn groene jas.' Wat nu? dacht ik. Probeert ze me alsnog een onderwerp te verschaffen? Wordt het dan toch nog wat met die site van me? Ik antwoordde: 'Ik zie je altijd voor me in een rode jas.' Er ging natuurlijk weinig troost uit van die woorden, dat begreep ik wel. Ik haalde dus mijn schouders op (dat deed ik niet écht, maar het klinkt wel passend, wat jullie) en ging maar eens wat avonturen beleven. Om daar dan later over te schrijven. Als Niels Kor had gemaild, en Kor ons had gemaild, en als alles hier in hippe zomerse 2007-kleuren opgemaakt zou worden. Man, wat zou dat mooi zijn.
V.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten