maandag 11 juni 2007

BETAMAXMAANDAG (2)

Hij merkte dat hij zijn evenwicht niet meer kon behouden en strompelde langzaam, bevreemd, naar achteren, waar hij op een bank viel. Direct naast hem klonk het geluid van een cirkelzaag, en hij wilde al opstaan, toen voor hem een grijze vrouwelijke robot verscheen, fonkelend, glimmend, met een stem die vanuit een grot leek te komen. Hij probeerde zijn benen langs elkaar te bewegen, maar op het moment dat hij dat deed, veranderde de wereld opnieuw. Overal waren kleine, pulserende lichtjes. Alles scheen te bestaan uit miniscule, schelle, vliegende deeltjes die ritmisch meebewogen op de krakende, zompige klanken, die hij heel in de verte hoorde, gedempt, alsof over de boxen een heel dik doek was gelegd. Een soort gemoffeld gebulder van geluid dat buitenaards scheen, dat zo nu en dan zijn oor binnen schoot. De robot vroeg om een vuurtje, dat was het, dacht hij, en toen hij die boodschap eindelijk had begrepen en met veel pijn en moeite zijn aansteker had gevonden, was ze alweer verdwenen.

N.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten