Ondanks dat Betamax net een week in de winkel ligt vond ik het vandaag wel weer tijd om verder te gaan met mijn nieuwe boek. Net schreef ik:
In het boek ging het over een doolhof dat was aangelegd op de bodem van een meer.
Dat leek me wel wat. Volstrekt nutteloos en toch op een onbestemde manier mooi.
In dat doolhof, in het midden ervan, was een gat. Een diep, zwart, gapend gat. Als je goed keek, kon je een ladder zien. Ging die ladder naar een ruimte die begrenst was, waar muren simpelweg een kamer vormden, en waar een bank en een lamp en een tafel stonden? Of was de ladder daar net iets té zichtbaar en had de lezer op iets gestuit dat beter verborgen was gebleven?
Ondertussen luisterde ik naar Fink.
Wat een mooie herfstdag, mensen.
N.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten