Vanmiddag lunchten Niels en ik bij het lunchetablissement waar het meisje met de afschuwelijke stem werkt. Maar vandaag was ze er niet. Zou ze op non-actief gesteld zijn? Zou ze geopereerd worden aan haar stembanden? We hadden geen idee en feitelijk kon het ons niets schelen. In haar plaats was een heel verlegen, schuchter meisje werkzaam, dat zo stilletjes deed dat ik er af en toe van schrok, als ze plots opdook met een uitsmijter of een koffie verkeerd. Het was een meisje met vele geheimen, dat zag je zo.
Maar dat ter zijde. Niels en ik gingen vandaag opnieuw afscheid nemen van elkaar. Afgelopen woensdagavond deden we dat ook al, in de Westergasfabriek te Amsterdam, en nu deden we het opnieuw. Wat die Westergasfabriek betreft nog het volgende: is het niet ridicuul dat de toiletten daar van een popfestivalachtige kwaliteit zijn? Thomas M., Martien en ik hebben er wel lekkere tapas gegeten (dat wil zeggen: Thomas M. en ik bestelden de lekkere tapas en Martien de andere, waarop Martien ons heel de tijd afgunstige blikken toewierp) en ook sprak ik er een oud-studiegenote van wie ik me zomaar de naam kon herinneren (wat haar hogelijk verbaasde), maar jongens jongens, die toiletten... Een ontwerpfoutje, dat zal het zijn.
Aan het eind van die avond spraken Niels en ik af dat we elkaar zouden treffen in Barcelona, ergens dit najaar. Ja, dat zouden we. Niels vroeg wat aarzelend: 'Zullen we elkaar nu omhelzen?' 'Ja,' zei ik, 'nu zullen jij en ik elkaar omhelzen. Dat hebben we immers nooit eerder gedaan.' En vervolgens omhelsden we elkaar, want een terugweg was er niet meer, en ik meen een paar woorden gestameld te hebben in de trant van: 'Kom kom, jongen, rustig maar, alles zal goed komen.'
Maar als je elkaar eenmaal hebt omhelsd, wil je algauw meer, dus gisteravond belde Niels me alweer op om iets af te spreken. En zo zaten we daar vanmiddag, terwijl we bediend werden door een verlegen meisje met vele geheimen, en Niels me herinnerde aan de vorige keer dat we daar zaten, toen het ook heel zonnig was, en ik Een Slechte Dag had. Die dag verblindde ik mezelf bijkans met de reflectie van het zonlicht in mijn mes, en ook had ik die dag een heel beroerd gevoel voor humor. Ja, zo meende Niels, ik zou die dag zelfs woordgrappen hebben gemaakt. Dat lijkt me dan weer wat sterk, want ik ga nog liever dood dan dat ik woordgrappen maak, maar we mogen niets uitsluiten. Vandaag echter was ik geheel mijzelf. Ik mocht er zijn.
Halverwege de lunchafspraak dook het meisje S. nog op, dat morgen eveneens naar het buitenland vertrekt, en gedrieën lunchten we verder. Alsof we nooit iets anders doen. Niels wilde nog een laatste keer het wonder van Bluetooth uitproberen en ik verzond hem de foto op mijn foon waarop Niels samen met een affiche van André van Duin staat afgebeeld. Wat zeg ik, het lijkt wel alsof Niels André op die foto omhelst.
Waar Niels en ik over spraken doet er verder niet toe. Het was vast iets megalomaans, iets met plannen om de wereldmacht te grijpen en iets met fans en groupies en meisjes-met-afschuwelijke-stemmen die zomaar verdwijnen, maar het doet er niet toe. Niet nu en niet hier. Wel kwam Niels terug op onze afspraak dat ik hem dit najaar in Barcelona zal weerzien, tezaam met De Vrouw Die Ik De Mijne Noem. 'Juist,' mijmerde ik, 'Barcelona zal het zijn...' Vervolgens werd de rekening betaald en stonden we alledrie op, op weg naar nieuwe tijden. Niels en het meisje S. moesten dringend een paar kazen kopen, ikzelf moest weer op weg naar de Grote Uitgeverij (waar onze afdeling sinds vandaag wordt gesierd door een grote foto van collega Bianca en mij - kom maar eens gauw kijken, lezers en lezeressen).
Omhelzen echter, dat deden we niet vanmiddag. Dat lag alweer achter ons. Je hoort en leest wel eens dat mensen moeite hebben met afscheid nemen, maar Niels en ik, wij draaien er onze hand niet voor om. Wij nemen afscheid zoals Ware Vrienden dat doen: elkaar op woensdag omhelzen, en elkaar dan maandag oude fotootjes versturen via een mobiele foon op een terras waar ze een meisje kwijtgemaakt hebben.
V.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten