maandag 17 mei 2004

GOO GOO G'JOOB

Zaterdagavond waren Elsie en ik op het verjaardagsfeestje van vriendin Angela. Haar vriend Dimitry, de man met wie ik ooit de politieke verkiezingen van 2007 zal winnen (Stem TGF! Omdat iedereen goede grappen verdient!), nam zijn cd-collectie nog eens met me door. Hij duwde me een cd van Built to Spill in mijn handen die ik ooit veel moet hebben gedraaid, maar die ik thans geheel vergeten was. Hij kon het niet geloven, en ik evenmin. Hij zei: neem mee, die cd, ga luisteren, dan schiet alles je vanzelf weer te binnen. En ja hoor, vanmorgen stopte ik Perfect from Now On in mijn diskman, en alles kwam weer terug. Dimitry gaf me nog zes andere cd's mee ook, opdat het eindelijk iets met me zal worden. En hij vertelde me: 'Ik kwam jouw naam tegen in een roman.' Op het feestje spraken we ook een tijd met Eva, die langzaamaan een politieagente wordt om rekening mee te houden. De katten Wallace en Gaudi bewaakten intussen de badkamer. Op elk feestje dwalen er wel onverlaten af naar de badkamer om er dingen te doen die je beter níet zou doen in andermans huis, maar dankzij Wallace en Gaudi bleef alles binnen de perken.

Zondag gingen Els en ik met mijn ouders naar het Dolfinarium. Ik herinner me dat ik daar als driejarig jongetje al eens kwam met mijn opa Evert (die alweer anderhalf jaar bij mijn moeder in de kast staat, maar dat ter zijde), en ook later ben ik er enkele keren geweest, maar niet eerder heb ik alles zo bewust en ten volle ervaren als nu. De walrussen, de zeeleeuwen, de zeehonden, de roggen, de dolfijnen... Welk een festijn. Terwijl we van de ene voorstelling naar de andere liepen, riep mijn moeder heel de tijd: 'Ach, gaan jullie alsjeblieft eens van de grote glijbaan af', maar wij deden wijselijk steeds alsof we dat niet hoorden. Op de terugweg van Harderwijk naar Lelystad zat ikzelve achter het stuur, op twee wielen door de bocht, zoals ik van de achterbank vernam. De nagels van mijn moeder staan nu nóg in de autostoelen. Ze sprak nog: 'Vanavond zul je over dit alles op die site van je schrijven en dan zul je vertellen dat het een mooie dag was. Of een goede.'

Vanmiddag at ik een uitsmijter in de broodjeszaak waar het meisje met het belachelijke stemgeluid werkt. Ik zat er met de onvolprezen schrijver Arie S. en mijn collega Tom van E. Terwijl het meisje met het belachelijke stemgeluid onze borden neerzette en het een en ander mondeling toelichtte, kon Arie zijn lachen niet langer inhouden. Het meisje zei nog: 'Waarom zit jij te lachen?', maar een goed gesprek zat er niet meer in. Nu ja.

Ik houd het hierbij voor vandaag. Ik ga nog eens vol vertwijfeling naar mijn roodverbrande voorhoofd staren, en verder werken aan het TGF-verkiezingsprogramma.

V.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten