Het mag dan wel warm zijn, sommige mensen noemen het zelfs heet, maar zulke lieden moet je kapot slaan met een loden staaf, de reden van mijn afwezigheid uit Amsterdam is heel simpel. Het huis waar ik sinds kort woon ondergaat een verbouwing, een belachelijke, ridicule verbouwing. Een verbouwing als een loodzware, inktzwarte, doodserieuze roman. De humor redt ons niet meer.
Ik zit in Zürich. In een kleine kamer, zonder badkamer, laat staan toilet. Het is wel eens beter met mij gegaan. Ik belde Vincent, met het verzoek bij hem te mogen verblijven voor de eindeloze weken, maanden die nog volgen gaan, maar mijn trots speelde parten. Ik had een tussenlanding in Zürich toen ik hoorde van de eindeloze ellende die me te wachten stond in Amsterdam. Goed, vier dagen geleden haalden ze zomaar een lijk uit het park dat tegenover mijn woonst ligt, maar de wanhoop, de belachelijkheid van de situatie in dat op zich zo fraaie grachtenpand in de Plantagebuurt is reden tot mijn absent zijn. Er gebeuren dingen die zelfs ik niet voor mogelijk hield.
Doden zijn reden tot vreugd, zeker als het aan drugsverslaafde nitwits zijn. Ik ben echter veroordeeld tot verblijf in het buitenland. Hoe lang weet niemand, zeker die klootzakken van een aannemers niet. Aannemers hebben al zo'n slechte naam, ik begrijp simpelweg niet waarom er niet een verlichte geest bestaat die een aannemersbedrijf begint met de naam Wij Doen Wat Wij Zeggen. Er daar naar handelen.
De staat waarin mijn literaire en academische carriere verkeerd, doet vermoeden dat ik degene ben die dat bedrijf sticht. Ik ben in een bui om met iedereen, ongeacht zijn grootte of vervaarlijkheid, een woordenwisseling te beginnen. Uit te dagen. Slaan of geslagen worden, het is mij om het even. Ik heb helderheid van geest nodig. Alles wat ik wil, liefheb of ambieer, het lijkt steeds verder weg te drijven. Je kunt zeggen dat ik overdrijf. Ik daag je uit uit mijn positie in te nemen. Kijken of je dan nog lacht.
Ik zeg: fuck Arnon Grunberg. Fuck alle bouwvakkers ter wereld. Fuck alle klotejunks.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten