...en dan vergat ik jullie nog te vertellen over een droom die ik vrijdagnacht had, althans, een scène uit die droom. In die bepaalde scène betrapte ik een kabouter in onze flat. Hij stond zijdelings of met zijn rug naar me toe, heel duidelijk staat het me niet voor de geest, maar ik weet nog dat ik dacht: ik betrap hier een kabouter terwijl hij bezig is de boel aan kant te ruimen. Wat een nijver baasje was het. Ik vraag me nu, een paar dagen later, af in welke kamer ik me eigenlijk bevond, maar het moet een denkbeeldige kamer in dit huis zijn, want ik dacht in die droom: uitkijken dat ik hem niet laat schrikken, heel stil blijven staan, en als het even kan Elsie roepen, want dit mag ze niet missen. Het was ontegenzeggelijk een kabouter, al droeg hij geen puntmuts. Wel had hij een baard, leek hij me wat ouwelijk en was hij vrij klein, al zou ik hier - er nu op terugkijkend - eerder spreken van een dwerg. Of: een kleine dwerg. Nu ja, hij stond daar zo een beetje dingen op te ruimen, de kamer aan te vegen, wie weet nu eigenlijk precies wat hij aan het doen was (zoals gezegd: hij stond met zijn rug naar me toe, of toch minstens zijdelings). Het was de eerste keer dat ik een kabouter zag, van zo dichtbij tenminste, en zonder dat Rien Poortvliet er iets mee van doen had. Ik heb werkelijk geen idee hoe de droom afliep, maar ik voelde me wel vereerd met zijn verschijning.
Bang was ik niet voor de kabouter. Gelukkig maar. Voor hetzelfde geld was het een kwade, narrige gnoom. (En dan was ik nog niet jarig.)
V.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten