De tocht
Het regende als een dolle, dus nam ik, gewapend met cadeaus en paraplu, de tram naar Centraal Station, kocht een kaartje en daar ging de trein al. Een uur later stapte ik te Delft in de bus, samen met Dimitry en Angela, en gingen wij op weg naar de feestlocatie. Daar aangekomen bleken wij de laatsten van de Bloemenmaffia te zijn. We aten een broodje en dronken koffie. Enkele mensen kwamen naar me toe om te vragen of ik de Niels was. Ja, hoor, ik was de Niels. Van de site. Ik deed er ongeveer een uur over om mijn corsage op te spelden en toen vond een tante van Vince het wel welletjes en die prikte het ding er in een seconde op. Ik was haar zeer dankbaar.
De kledij
Els droeg een prachtige jurk. Met sleep. En zo'n ding voor om je schouders, want het was een strapless jurk. Jaja. Vincent zelve zag er stoer uit in zijn driedelig pak. Bruinig met een dun streepje. Goeie das met pisgeul.
De plechtigheid
Die was heel ontspannen. Er werden dingen verteld en gezegd en voor je het wist stonden we weer buiten om met de hele groep op de foto te gaan. In de verte zag ik Ionica staan maar toen we klaar waren, was zij reeds verdwenen. Wel was vriend Kim aanwezig. Die was ook gewoon mee naar binnen gegaan om het heugelijk feit persoonlijk mee te maken. Daarna gingen wij weer op weg met de paardentram, om een tochtje door de binnenstad te maken. Ondertussen zwaaiden we dat het een aard had naar allerlei wildvreemden.
De receptie
Die was druk, er was champagne, er waren hapjes en ik vertelde ongeveer honderd keer hoe de plechtigheid was verlopen en dat toch echt Joey getuige was en niet ikzelve. Ik sprak wat met Wouter a.k.a. Ziggy en ook werd ik voorgesteld aan Hiphophater, die een heel andere naam in het Werkelijke Leven bleek te hebben.
Het eten
Om half acht ging het dan toch van start. We werden aan tafels gezet (mijn disgenoten waren Martien, Janneke en Martijn, Joni en Janwillem), er verschenen voorgerechten en daarna een enorm koud buffet, en toen een enorm warm buffet en tot slot ook een werkelijk kolossaal dessertbuffet. De wijn was erg goed, dus die vloeide rijkelijk. Voor het eten ontvingen wij een wegwerpcamera en daarmee schoot onze tafel hilarische foto's, die, zo vermoed ik, jullie nooit te zien zullen krijgen. Daarnaast werden wijzelf ook voortdurend onder vuur genomen. Ik schat dat ik op zo'n drieduizend foto's sta. Soms mijn hand in de gangsterpose, soms met een glas, soms met heel veel andere mensen, soms met mijn mond vol, soms met mijn haar wild, maar altijd onberispelijk met das en colbert. ('Je ziet er heel mooi uit,' zeiden de gasten. Ik knikte dan maar beleefd. Mijn nieuwe schoenen deden het ook goed. En aan het einde van de avond had ik heel geen blaren. Puike schoenen. Dat zijn het.)
De DJ
Vincent had me van te voren gezegd: 'Als de DJ het in zijn hoofd haalt We Are Family of Celebration te draaien, dan schakel je hem uit. Dat is jouw license to kill, hoor je me?' DJ Hans had hij niet ingelicht. Want direct na de openingsdans (ook iets waar Vincent nogal tegenopzag en waarvan ik nog ook de juiste plaat had voorspeld) draaide hij doodleuk Celebration. Ik blikte vertwijfeld naar mijn tafelgenoten. 'Dit is je cue, Niels,' zei Martien. Ik stond op. Wat te doen? Hem met een droge klap naar de grond slaan? Hem wurgen met zijn koptelefoonsnoer? En dan? Moest ik dan de knoppen overnemen en keiharde negermuziek gaan draaien? Ik besloot Vincent te zoeken. Die stond op de dansvloer, met Els uiteraard. 'Vince,' begon ik, 'eh... wat moet ik nou?' Vincent bleek in het geheel niet door te hebben waar ik op doelde en danste dat het een lieve lust was. 'Vincent, besef je waar je op danst? Ik moet actie ondernemen. Toch?' Vincent bleef staan, keek naar de DJ, luisterde toen scherp en zei: 'Ach, dit is een remix. Op het randje. Ga maar weer zitten.' Later op de avond draaide de DJ het nummer nóg een keer, maar toen kon het mij ook niet meer schelen.
De aftocht
Omstreeks half 1 verliet bruidspaar Schmitz de gelegenheid. Iedereen had, al dan niet ironisch, gedanst. Iedereen had gedronken, gegeten en gefeliciteerd. Het was mooi zo. Walter, Joni, Janwillem, Martien en ik scheurden met een taxi naar het station, namen de nachttrein naar Amsterdam en zeiden gedag. Ik liep naar mijn grote tijdelijke huis, overwoog ergens een steen door de ruiten te gooien om toch al dat geluk van de grote dag een beetje in evenwicht te krijgen, maar besloot dat ik mijn kans had gehad. DJ Hans leeft nog. En dat heeft hij te danken aan bruidegom V.
N.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten