Ik stond alleen maar bij de tramhalte in mijn boek te lezen, nietsvermoedend, me van geen kwaad bewust. Het boek was Slaap! van Annelies Verbeke. Een vrolijke jongen in een leren jack met een litteken op zijn wang kwam naast me staan.
'Jij staat hier gewoon te lezen! Ben jij een intellueel of zo?'
'Nee hoor.'
'Man! Ken je soms ook de bijbel?'
'Eh, die ken ik wel, ja.' (Ik probeerde intussen verder te lezen.)
'Heb je die soms ook gelezen, de bijbel?'
'Nee, die heb ik niet gelezen.'
'Niet gelezen?'
'Nu ja, wel eens hier en daar een stukje, maar...'
Op dit moment haalde de jongen met het litteken een bijbel uit zijn leren jack. Een kleine dikke bijbel in een nogal handzaam formaat.
'Wil je een stuk uit de bijbel horen soms? Wil je dat? Noem me dan een stuk? Dan lees ik het voor, man! Zeg het maar!'
'Ik eh... was eigenlijk in dit boek aan het lezen.'
'O.'
Hij stopte de bijbel weg en liep vrolijk op iemand anders af. Ik vluchtte de tram in, want een beetje bang was ik inmiddels wel. Daar doe je niets aan.
V.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten