Vanmorgen zat ik bij de kapper. Ik bezoek altijd dezelfde kapper in Delft, maar elke keer dat ik er een afspraak maak, vragen ze: bent u hier al eens eerder geweest? Ja, zeg ik dan. En dan vragen ze me mijn postcode. En die geef ik ze.
Ik liep er dus vanmorgen naar binnen, en ik mocht er even plaatsnemen in het zithoekje, waar altijd al iemand anders zit (gewoonlijk zeg ik dan gedag, terwijl ik heel goed weet dat mensen in een zithoekje dat liever niet hebben). Vervolgens werd ik opgehaald door de kapster, die zich voorstelde als Bianca. Ik stelde mij voor als Vincent. (Je kunt er wel over liegen, en bijvoorbeeld zeggen dat je Charlie heet, of Zeus, ik noem maar wat, maar als die lui eenmaal je postcode hebben, hebben ze ook je voornaam, en dan komen ze er zo achter of je een fantast bent of niet.)
Vanaf dat moment heeft Bianca me geen enkele keer getutoyeerd. Ik werd een beetje naar van dat 'u' zeggen heel de tijd. Ikzelve bleef gewoon 'je' zeggen, en toen ze me vroeg wat ik wilde drinken, zei ik dat koffie wel fijn zou zijn, en inderdaad, de koffie was fijn, maar als mensen me heel de tijd met 'u' aanspreken, voel ik mijn haarlijn al wijken. Er kwam weer eens geen gesprek op gang met de kapster. Wie mijn haar ook knipt, of ze nu Bianca heet of niet, ik voer geen gesprekken als mijn haar geknipt wordt. Dat is heus geen bewuste keuze, al zou ik niet weten waarover te praten. Veel meer dan naar mezelf en de kapster in de spiegel staren zit er dan niet op. En af en toe proberen iets van de koffie te drinken, terwijl ik mezelf bemoedigend toelach.
Ter afsluiting smeerde Bianca een zooi gel in m'n haar. Ik was vergeten dat je haar hard als staal wordt van gel. (Ik ben in 1993 gestopt met gel gebruiken. Ik acht dat nog altijd een Wijs Besluit.) Net probeerde ik mijn hand door mijn gekapte haren te halen, en de tranen sprongen me in de ogen.
Ja ja, het was me weer een avontuur. Gelukkig heeft Elsie brownies gebakken. Voor de schrik.
V.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten