zondag 16 januari 2005

ZORGEN DIE JE IN 2005 KUNT HEBBEN

Vrijdagochtend lag ik in de tandartsstoel. Op dat moment was ik de schrik alweer te boven die me beving toen ik mijn fiets (nu ja, mijn moeders fiets, want mijn eigen fiets staat in Delft, en mijn tandarts woont in Lelystad - kleine kans dus dat ik die afstand helemaal op mijn eigen fiets afleg) voor haar deur op slot zette en bedacht: ik heb geen portemonnee bij me! Dat was op zich nog niet zo erg, want wat begin je nou met zo'n portemonnee bij de tandarts. Nee, wat het zo vreselijk maakte, was dit besef: ik droeg geen identiteitsbewijs bij me! Zo'n tandarts, die lacht daar natuurlijk mee, want tandartsen kunnen immers iedereen identificeren - althans, zo gaat het er altijd aan toe in die lugubere documentaires op Discovery Channel ('We hebben niets meer over van het lijk, tandarts, behalve deze ene voortand. Kunt u daar iets mee?' 'Ja hoor,' spreekt de tandarts terwijl ze er enkele foto's bij pakt, 'dat is Vincent Schmitz.'). Maar straks moest ik weer terug op mijn moeders fiets, terug naar de woning van mijn ouders. En op die weg lagen vele gevaren, bedacht ik. Ik zou getuige kunnen zijn van een ongeval. Ik zou het slachtoffer kunnen zijn van een overval. Ik zou in een vlaag van verstandsverbijstering (ik kwam net van de tandarts vandaan en dan wil je heldere geest je wel eens ontsnappen) zélf iemand kunnen overvallen en vervolgens gearresteerd kunnen worden.

En in al die gevallen heb je een identiteitsbewijs nodig. Ik kon moeilijk beweren dat ik daar niet van op de hoogte was.

Straks. In de zomer. Als het warm is. Als het heel, heel warm is. Dan nóg moet ik me kunnen identificeren. Nu zijn er nog binnenzakken in lange, allesverhullende jassen. Straks is er niets meer. Straks zullen vele identiteitsbewijzen ontvreemd worden. Of 'kwijt' raken. Ik vermoed dat justitie het nog wel eens veel drukker kan krijgen met al die gestolen en misbruikte identiteitskaarten (in plaats van rustiger, zoals je zou verwachten).

Overigens: bij de tandarts ging het uitstekend. Ik blijk een ontsteking te hebben, in (dan wel boven) een van mijn tanden. Over een week of twee gaat ze daar iets aan doen. En daar komt verdoving aan te pas. 'Tjonge! Verdoving! Ik ben al zeker 14 jaar niet verdoofd!' stamelde ik, terwijl ik fluks mijn jas aantrok. 'Daar zal ik inmiddels toch wel tegen kunnen?' vroeg ik. 'Vast wel,' antwoordde de tandarts geheimzinnig. Maar helemaal gerust was ik er niet op.

En dan moest ik dus ook nog dat hele eind fietsen zonder me te kunnen identificeren.

V.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten